“Xylene Tower” , “Powerformer” en “Splitter”, 1963, Esso Raffinaderij Rotterdam.

Foto boven: 25-6-1963. Een vrachtwagen rijdt over de Rondolaan door Tuindorp Heijplaat met een drukvat bestemd voor de Esso raffinaderij in de Botlek.

Deze “Xylene Tower” was bestemd voor de Esso Raffinaderij te Rotterdam; lengte ca. 50 meter en diameter 2500 mm, met een gewicht 51 ton. Door de grote lengte was het ten ene male onmogelijk om dit werkstuk van de fabrikant C.H. Jucho te Dortmund naar de Raffinaderij in Rotterdam te vervoeren. 
Het transport vanuit Dortmund moest in drie delen gebeuren, waarna de delen in Rotterdam weer verbonden zouden worden. De R.D.M. werd verzocht hierin mede te werken. 

1e omschrijving:
De uit drie delen bestaande “Xylene Tower” werd na aankomst uit Dortmund in Rotterdam bij en door de R.D.M. gekoppeld, gelast en geperst en daarna op de loswal van „De Esso” afgeleverd. 

Artikelen:
– Xylene Tower, personeelsblad “De Wekker”, maart 1963, blz. 6: PB-1963-03.pdf.

2e omschrijving: In een vorig nummer van De Wekker lieten we u iets zien en weten van de “Xylene Tower”, gemaakt in Dortmund, die in de RDM montagehal (scheepsbouw) was gekoppeld, gelast en geperst en vervoerd naar de Esso-Raffinaderij te Rotterdam. In de moderne ketelmakerij is de RDM eveneens zelf in staat om dergelijke opdrachten uit te voeren. 
Behalve de onderstaande “Esso Splitter” was daar toen ook nog een “Stabiliser Tower” van 45 meter lang en een gewicht van 175 ton in bewerking.
De Foto onder toont u de Esso Splitter, die bij de RDM in de ketelmakerij vervaardigd werd voor de Esso Raffinaderij in Rotterdam. De hoofdafmetingen zijn: lengte 42,85 m en een uitwendige diameter 3850 / 3250 mm, met een gewicht van 82 ton. 

Artikelen:
– Esso Splitter, personeelsblad “De Wekker”, april 1963, blz. 7: PB-1963-04.pdf.

De Powerformer; het “ding” voor Esso-Botlek. 
In de zes maanden die nodig waren om het werkstuk te vervaardigen was iedereen die ermee te maken had of die regelmatig in de ketelmakerij kwam wel met het gevaarte vertrouwd geraakt. Zo’n „ding’ hoort daar zo langzamerhand thuis. Maar als het buiten aan de kade gereed ligt voor transport, dan is het toch wel een ongemakkelijk groot ding en je vraagt je af wat ze daarmee nu moeten. Aanleiding voor de readtie van “Nieuws van de RDM” om eens bij de klant, Esso-Botlek, te gaan kijken en te informeren wat men daar met dat 48 meter hoge drukvat gaat doen. 
Eerste reactie van de kant van Esso bij onze informatie “O ja, het lijkt hier Cape Canaveral wel, sinds we dat ding van jullie op ons terrein hebben”. Waar dat gevaarte dan voor dient? Welnu, op 31 oktober van het vorige jaar is aan de Botlek de eerste paal geslagen voor de Aromatenfabriek van Esso Nederland N.V., een project van 65 miljoen gulden dat tegen het eind van 1964 in bedrijf moet komen. Het af te leveren produkt heeft niets te maken met aroma voor de soep of de pudding; aromaten behoren tot een groep koolwaterstofverbindingen, die worden gebruikt als grondstoffen voor plastics, synthetische rubber, kunstvezels, geneesmiddelen, wasmiddelen enz. Deze aromaten worden bereid uit ruwe olie – evenals benzine, huisbrandolie en dieselolie – en in het door de R.D.M. geleverde drukvat ondergaat deze ruwe olie de eerste bewerking. In deze “powerformer” krijgt de aangevoerde grondstof namelijk de geschiktheid om door fractionering en zuivering het eind-produkt, aromaten, te leveren. 
Esso betrekt voor zijn aromatenfabriek drie torens van de R.D.M. en twee vaten, een niet onbelangrijk deel dus van de uitrusting voor een fabriek die – naast reeds bestaande overeenkomstige installaties – grondstoffen gaat leveren voor al die zogenaamde synthetische produkten die een steeds belangrijker rol in het leven van nu en van de toekomst gaan spelen. 

3e omschrijving: In zo’n “powerformer” wordt fors gespeeld met hoge en lage temperaturen, bovendien moet het apparaat een flinke druk kunnen verdragen. Vaar aflevering door de R.D.M. werd het vat beproefd bij een druk van 48 kg per cm2. De wanddikte is dan ook niet kinderachtig: aan de basis (waar het vat een doorsnee heeft van 4,70 meter) is de wand 55 mm dik, bovenin de 48 meter hoge toren zijn de wanden 30 mm. Het 48 meter hoge drukvat werd in de ketelmakerij van de R.D.M. vervaardigd. Zo is er 172 ton materiaal in het vat verwerkt. 
Bij Van der Tak, dat in samenwerking met de afdeling transport van de RDM het vervoer naar de raffinaderij aan de Botlek verzorgde, vonden ze deze kolos “een leuk beestje”. Daar zal wel een tikje beroepsopschepperij in hebben gezeten, maar we moeten toegeven dat het transport inderdaad heel gladjes is verlopen. De dag vóór het transport hadden twee 140 tons-kranen van de ketelmakerij het vat aan het eind van de loods op vier (2 maal 2) wagens gelegd, elk met een draagvermogen van 40 ton. De volgende ochtend vroeg namen de drijvende bokken “Simson” en de “Herakles” van Van der Tak het raketachtige geval in de takels en tegen half zes trokken twee sleepbootjes de bokken de rivier op. Er was gelukkig maar weinig scheepvaart op de rivier en ook in de Esso Petroleumhaven zat het mee, slechts één tanker lag daar voor de wal. Zodoende kon men al om zeven uur beginnen met de last af te vieren. 
Toch deed zich hierbij een moeilijkheid voor. Het 48 meter lange gevaarte moest nl. precies andersom op de wal terechtkomen en in de haven een halve slag worden gedraaid. Een karwei dat niet zo eenvoudig was. Beide bokken lieten hun last bij een sprei van 20 meter vieren tot de middellijn van de toren gelijk met de waterspiegel kwam te liggen. Voor de helft dus onder water. De stroppen van de “Simson” die het zwaarste gedeelte droegen werden losgemaakt. Ook één van de “Herakles”, echter niet eerder nadat men zeker was dat de “Herakles” met 20 ton hijs het gevaarte drijvende kon houden. Een sleepboot zwenkte de toren toen een halve slag rond. Toen kon de “Simson” weer bijspringen; langszij de “Herakles” werd één strop aangehaakt op zo’n manier dat door te hijsen de last weer in de goede positie kwam. Vervolgens werden de overige stroppen vastgemaakt. 
Om goed negen uur, nauwelijks twee uur na het begin van de operatie, had baas Brasker het transport voltooid en had de Esso-aromatenfabriek zijn nieuwe raket op de wal liggen. 

Artikelen:
– Het “ding” voor Esso-Botlek, bedrijfsblad “Nieuws van de RDM”, juli 1963, blz. 4-5: PB-1963-07.pdf

Bronnen:
Stadsarchief Rotterdam.