Reactordrukvat, 1971, Atucha Argentinië.

Foto boven: Het Atucha-reactordrukvat dat medio 1971 op scheepstransport ging naar de Rio Parana rivier in Argentinië.

Vierde bouwopdracht voor reactorvat.
In samenwerking met het Duitse bedrijf Ruhrstahl Apparatebau G.m.b.H. te Hattingen ontvingen wij dezer dagen van Siemens opdracht voor de bouw van een reusachtig kernreactordrukvat, bestemd voor een atoomcentrale in Atucha (Argentinië). Het vat, dat een gewicht krijgt van 470 ton, is tot dusver het zwaarste dat bij ons in bestelling werd gegeven. Met deze opdracht is in totaal een bedrag van circa acht miljoen gulden gemoeid. De levertijd bedraagt 26 maanden. 
Het aandeel van Ruhrstahl in deze opdracht bestaat uit het toeleveren van de bodems, en de flens- en rompringen van het vat. Wij zullen de rondnaden lassen, een deel van het vat van een opgeloste roestvrij stalen bekleding voorzien en de machinale eindbewerking uitvoeren. Daarna volgt nog het proefpersen. 
Dit is de vierde maal dat wij een bouwopdracht voor een kernreactorvat ontvangen. De wanden van het zojuist in opdracht gekregen vat worden bijzonder dik. Zo zal een rondnaad gelast moeten worden in het deksel met een dikte van maar liefst 34 cm! 
(Bron: Nieuws van de RDM, mei 1968) 

Reactorvat op 192 wielen.
Halverwege deze maand is een reactorvat voor een Argentijnse kerncentrale gereed gekomen. Op 17 september 1971 verliet het ca. 365 ton wegende gevaarte ons bedrijf. Het ca. 11 meter lange vat heeft een inwendige diameter van 5360 mm en een maximale wanddikte van 470 mm. Het is bestemd voor een elektriciteitscentrale, “Atucha” genoemd, aan de Rio Parana in Argentinië, die in aanbouw is voor de Comisión Nacional de Energia Atomica. In 1968 ontving de RDM van Rheinstahl Hüttenwerke in Hattingen opdracht om het vat te bouwen. De onderdelen van het vat werden reeds in Duitsland door deze firma vervaardigd. Siemens A.G. te Erlangen levert voor deze centrale de komplete nucleaire installatie. 
Transport
Het 365 ton wegende vat (inklusief slede en “transportdeksel”) is op een nieuwe 600 tons kombinatie van het in Dordrecht gevestigde expeditiebedrijf Van Twist N.V. van de RDM naar het terrein van de Stuwadoorsmaatschappij Heijplaat aan de Waalhaven vervoerd. De bok “Matador” (maximum hefvermogen 400 ton) zette het vat aan boord van het 4.259 brt metende vrachtschip m.s. “Eolo”, gecharterd door de rederij Elma. Zodra het vat was geladen en zeevast was gemaakt vertrok de “Eolo” rechtstreeks naar de bouwplaats, waar het schip met een kraan wordt gelost en het vat naar het reactorgebouw wordt vervoerd. 
(Bron: Nieuws van de RDM, oktober 1971) 

Omschrijving:
Het betreft hier een type BWR drukvat, BWR = Boiling Water Reactor (kokend water reactor), voor een kerncentrale die in maart 1974 in Argentinië bedrijf kwam. 
Dit reactordrukvat Atucha-1 verliet op 17 september 1971 de RDM voor haar zeereis – aan boord van het door rederij “Elma” gecharterde m.s. “Eolo” – naar Zuid-Amerika. 

Artikelen:
– Vierde bouwopdracht voor reactorvat, Nieuws van de RDM, mei 1968, blz 3: PB-1968-05.pdf
– Reactorvat op 192 wielen, Nieuws van de RDM, oktober 1971, blz 19-20: PB-1971-10.pdf
– Het Atucha-vat dat op transport ging naar Zuid-Amerika, Nieuws van de RDM, december 1971, blz 12-13: PB-1971-12.pdf.

Bronnen: 
– Bas Spekman.
– Stadsarchief Rotterdam.