Bouwnummer RDM-350, “Maersk Endeavour”, 1981, boorplatform.

Foto boven: 23-5-1981. Tewaterlating van het boorplatform “Maersk Endeavour” (1981) van Brigantine Shipping, Denemarken.

Scheepswerf: RDM. 
Opdrachtgever: Brigantine Shipping, Denemarken. 
Tonnage:
Hoofdafmetingen: L = 68,92 m, B = 79,00 m, H = 8,57 m, d = 6,57 m. 
Voortstuwing: Geen. 
Verdere gegevens: Brigantine Shipping is een onderdeel van Maersk Contractors in Denemarken. 

Glorieuze tewaterlating “Maersk Endeavour”.
Spanning en bedrijvigheid alom. Dat was het beeld wat het schaarse aantal belangstellenden opmerkten rond de tewaterlating van het booreiland “Maersk Endeavour” op zaterdagmorgen 23 mei 1981. Zeker spanning, want de wel zeer merkwaardige vorm van het booreiland was voor de leek aanleiding genoeg om de tewaterlating met argusogen gade te slaan. De A-symetrische belasting, de uit het midden geplaatste slede, de driehoekige vorm? 
Het weer werkte reusachtig mee. Praktisch windstil. De regelmatige controles van de waterstand, het nerveus inpassen van de gegevens op grafieken. Het klopte allemaal. 
Ongeveer vijf over zeven ’s ochtends vroeg was het zover. Verrassend en feilloos gleed het booreiland tewater. Knap stukje werk. De theoretische berekeningen van de heer W. de Koning en de praktische toepassing ervan door de heer J. Keemink en zijn mensen, die bovendien kunnen bogen op een grote ervaring, zijn in dit verband een aparte vermelding waard. 
Op de rivier werd het booreiland soepel opgevangen door een viertal sleepboten, die het zonderlinge gevaarte vakkundig versleepten naar de Heysche Haven. Achteraf hoor je dat het een onhandelbaar gevaarte was om te verslepen. 
In de Heysche Haven werd met een vijfde sleepboot de slede onder het booreiland vandaan getrokken, waarop het eiland kon worden afgemeerd aan kraanbaan 12. Hier zal het worden gekoppeld aan het twee weken eerder tewater gegane voorschip. 
Drijvende bokken
Dit gedeelte, dat onderaan helling 8 voor de hellingdeuren werd gebouwd kon niet zonder meer tewater worden gelaten. Door de gedrongen vorm en totale constructie waren speciale voorzieningen nodig. Als eerste had men dit voorschip circa negen meter versleept naar het water. Tegen de voorkant, de eigenlijke punt werd een ponton gevaren. Tijdens laag water werd het voorschip van het booreiland met zware kabels vanaf het bodemvlak als het ware opgehangen aan de ponton. Verder werden aan weerszijden van de ponton drijvende bokken gemeerd, die het voorschip aan de achterzijde in de takels namen. Bij hoog water kon deze vreemde combinatie op de rivier worden gesleept. Aldaar konden de bokken hun last loslaten, waarop het voorschip van het booreiland met aan de kop de ponton in de Heysche Haven aan Kraanbaan 12 kon worden afgemeerd. 
Na de koppeling met het grote pontongedeelte tot compleet eiland, wordt de ponton verwijderd. De koppeling is dinsdag 26 mei van start gegaan. De lengte van het driehoekige booreiland bedraagt circa 66 meter en de breedte circa 77 meter.

Booreiland Brig gedoopt: “Maersk Endeavour”.
“Ik doop u Maersk Endeavour”, klonk het uit de mond van mevrouw Anne Grete Schultz, echtgenote van de heer Viggo Schultz, Burgemeester van Svendborg te Denemarken, en tevens wenste zij bemanning en booreiland veel voorspoed in de toekomst. 
Direct daarop hakte ze op charmante wijze het touw door, waarna de champagnefles met een klap tegen de romp stuksloeg en als het ware de doopformule bezegelde. Deze goed georganiseerde gebeurtenis vond plaats op zaterdag 13 maart 1982. 
De talrijke gasten begaven zich hierna naar de lunchroom van het hoofdkantoor, waar ook de diverse toespraken werden gehouden. 
Hier was het de heer A. Rijke, plaatsvervangend president Raad van Bestuur RSV, die allereerst de gasten en in het bijzonder de Deense gasten, waaronder ook de Deense Ambassadeur in Nederland, Zijne Excellentie E. Krog – Meyer met echtgenote, welkom heette. 
De heer Rijke memoreerde onder andere het verloop van de order na ondertekening van het bouwcontract. Aanvankelijk zou het booreiland gebouwd worden bij de VDSM te Rozenburg. Naderhand zou de ROS de bouw overnemen, doch als gevolg van het niet doorgaan van de oprichting van de ROS kwam de opdracht bij de RDM terecht. Dit had ingrijpende gevolgen voor de bouwmethode. Veel voorbereidend werk diende opnieuw te gebeuren met het onvermijdbare gevolg, dat er vertraging in de bouw optrad. 
Svendborg
Tenslotte dankte de heer Rijke mevrouw Schultz voor de uiterst charmante wijze, waarop zij de doop had verricht. Ter herinnering aan haar daad kreeg zij een fraai collier en haast vanzelfsprekend in ruil voor het kleinste Deense muntstuk dat zij overhandigde, de bijl. Mevrouw Schultz was bijzonder ingenomen met de gebeurtenissen, die haar ten deel vielen. Temeer, daar zij jaren terug in verband met het werk van haar man reeds vertrouwd was geraakt met de offshore terminologie en eens te meer omdat de thuishaven van de Maersk Endeavour dezelfde wordt als die van haarzelf en haar man, namelijk Svenborg. 
De heer Arnesen, directeur van Maersk Drilling in Copenhagen was zeer verheugd over het feit, dat mevrouw Schultz bereid was geweest als doopvrouwe op te willen treden. Immers behalve dat Svendborg de thuishaven wordt van het booreiland, is het tevens de stad waar A.P. Mø11er zijn maatschappij was begonnen. Uiteraard bracht hij zijn dank uit aan alle bij de bouw betrokken groeperingen en deed dat op zeer geanimeerde wijze. 
De rij van sprekers werd afgesloten door de heer W. Zipp, directeur van de WF-RDM Groepsmaatschappij. Hij richtte een speciaal dankwoord aan met name RSV Gusto Engineering (thans Gusto Engineering), het “Brig”-projectteam, Lloyd’s Register of Schipping, Verolme IJsselmonde, Kalkman, Schalekamp, Hempel, Verolme Elektra, National Supply, Bugiflex, De Neeff, IHC Gusto Staalbouw, RDM staf en alle overige RDM medewerkers voor hun inzet en bijdrage aan de bouw van het booreiland. 

Historie:
De bouw van het booreiland “Maersk Endeavour” was er één met het venijn in de staart. Toen het eiland zo ver was om door de RDM beproefd te worden, werd het naar de Waalhaven gesleept. Bij het beproeven van het jacking systeem liep het eiland scheef op de poten. Onder andere bleek, dat de ruw bewerkte bonkelaars in de tandlijsten vraten. Maar veel erger was, dat vast kwam te staan, dat de poten verlengd dienden te worden. Eenmaal terug op de werf werd deze operatie uitgevoerd met een torenhoge hijskraan. Het booreiland werd uiteindelijk opgeleverd met 108 meter lange poten. 
In 1982 komt het boorplatform in de literatuur voor als “Energy Endeavour” van Northern Offshore Company. 

Artikelen:
– Gusto / MSC, gustoMSC
– Glorieuze tewaterlating “Maersk Endeavour”, Nieuws van de RDM, juni 1981.
– Booreiland Brig gedoopt: “Maersk Endeavour”, Nieuws van de RDM, juni 1982.

Bronnen:
Stadsarchief Rotterdam.
– “Rotterdamsche Droogdok Maatschappij” door Evert van der Schee, 1998, ISBN: 90 732 3516 2. 
– Aad & Roel Heijplaat.
– Rob Koedam, Kortgene. 
– Ronald Hoogwerf, Minderhout, België.