Bouwnummer RDM-229, “M 401”, 1942, Minensuchboot.

Foto boven: Minensuchboot “M 401” (1942) van het Oberkommando der Deutsche Kriegsmarine.

Scheepswerf: RDM / NW. 
Opdrachtgever: Oberkommando der Deutsche Kriegsmarine. 
Tonnage: max. wvp = 775 t. 
Hoofdafmetingen: Loa = 62,30 m, Lwl = 57,60 m, B = 8,90 m, d = 2,82 m. 
Voortstuwing: 2 expansie stoommachines, 2 schroeven, totaal 2615 apk, snelheid 17,2 kn, bereik 4000 mijl bij 10 kn. 
Bewapening: 1-2 stuks kanonnen (3,5 cm), 1-4 stuks luchtafweergeschut (3,7 cm), 3-10 stuks machinegeweren (2,0 cm) en 2-4 stuks dieptebommenwerpers. 
Verdere gegevens: Bemanning: 54-75 man. 

Historie: 
Kiellegging: 24-03-1941, tewaterlating: 04-04-1942, overdracht: 30-11-1942 (14 mnd vertraging). 
In 1945 in beslag genomen door de Sovjet Unie, op 26-10-1945 uitgerust met een Sovjet bemanning en op 05-11-1945 toegevoegd aan haar Baltische Vloot. 
Op 27-12-1945 hernoemd in “T 702”. 
Van 15-02-1946 tot 24-12-1955 in dienst bij de Zuid Baltische Vloot. 
Op 10-02-1959 ontwapend en onttrokken aan de Sovjet Marine, op 19-02-1959 afgedankt en rond 1959-1960 gesloopt in Tallinn. 

Citaten: 
– Internet: 
… … Dit schip, een “M-Boot Typ 40”, was de 1e uit een serie van 8 door de RDM voor de Duitse bezetter gebouwde eenvoudige mijnenvegers, die gebaseerd waren op een ontwerp uit WO I. 
Als opvolger van de “Minensuchboot 1935”, vertoonde deze “M Boot 40” wel enige gelijkenis hiermee in haar ontwerp, maar toch was ze van een heel andere oorsprong. De oude “Minensuchboot 1935” was erg complex en duur om te bouwen. Deze nieuwe klasse van schepen was echter gebaseerd op het laatste mijnenvegerontwerp uit WO I: de “M Boot 16”. Het resultaat was een schip dat wel 10 % minder effectief was dan de “Minensuchboot 1935”, maar het vergde slechts de helft van de inspanning om haar te bouwen. 
Zoals haar voorgangers, werden deze schepen niet alleen gebruikt om mijnen te vegen, maar ook voor begeleidingstaken en andere operaties. Met haar kolen gestookte ketel kon dit schip ook nog opereren toen de brandstofvoorziening bij de “Kriegsmarine” precair werd. 
Van de in totaal 131 gebouwde schepen – de meeste bij Nederlandse werven – gingen er 63 in WO II verloren. Van de overgebleven 68 schepen werden er na de oorlog 30 door de Sovjet Unie in beslag genomen, 25 door de USA en 13 door de UK. 
Door de Amerikanen werden 5 stuks in 1957 aan de toen nieuw gevormde West-Duitse “Bundesmarine” gegeven. Door de Sovjets werden deze schepen tot 1960 gebruikt, de meeste in de Baltische Zee. De laatst operationele schepen van deze klasse waren 4 schepen van de Roemeense Marine, die in 1994 nog als korvet dienst deden: de “Demokratia”, de “Descatusaria”, de “Desrobrea” en de “Dreptatea”, 
zie Foto 2 hieronder. … …

Bronnen:
– Wehrmacht-history
– German-navy
– Die-graue-flotte
– Rob Koedam, Kortgene.