Bouwnummer RDM-196, ORP “Sep”, 1939, onderzeeboot.

Foto boven: De onderzeeboot ORP “Sep” (1939) van de Poolse Marine.

Scheepswerf: RDM. 
Opdrachtgever: Poolse Marine. 
Tonnage: 67,5 dwt, 1486 twvp. 
Hoofdafmetingen: L = 83,00 m, B = 6,70 m, H = 6,40 m. 
Voortstuwing: 4740 apk, snelheid 19,4 kn boven water en 9,0 kn onder water. 
Verdere gegevens: Het Poolse woord “sep” betekent “gier”. 

Oude bekende kwam boven water. 
Van 27 tot en met 31 mei 1968 brachten drie Poolse Marinevaartuigen een kort beleefdheidsbezoek aan Rotterdam. Het waren de onderzeebootjager “Wicher” en de onderzeeboten “Bielik” en “Sep”. De komst van de “Sep” had voor de RDM een bijzondere betekenis. Dertig jaar geleden gleed deze onderzeeër namelijk van onze werf in haar element. Het spreekt voor zich dat enkele RDM-ers, die indertijd bij de bouw van de “Sep” betrokken zijn geweest, van deze gelegenheid gebruik hebben gemaakt einde onderzeeboot na zoveel jaar nog eens te bekijken. Onder hen bevond zich de heer P.C. Jongbloed, die indertijd ook de proeftocht van de “Sep” heeft meegemaakt. De huidige commandant van de “Sep”, de 36-jarige kapitein – luitenant ter Zee Lucjan Matysiak, liet zich tijdens het vierdaagse bezoek vol lof uit over de prestaties van zijn dertig jaar oude schip. Volgens hem had het aan snelheid weliswaar iets ingeboet, maar kon de “Sep” nog altijd duiken tot een diepte van 120 meter. 
“Onze” onderzeeër is de Tweede Wereldoorlog goed doorgekomen. Anders verging het haar zusterschip “Orzel”, dat in 1944 spoorloos is verdwenen. De “Orzel” werd evenals de “Sep” in Nederland gebouwd en wel bij onze tegenwoordige fusiepartner “De Schelde” in Vlissingen. 
(Bron: Nieuws van de RDM, juni 1968) 

Historie: 
ORP “Sep” was een Poolse onderzeeboot van de Orzel-klasse. De “Sep” werd – anders dan haar zusterschip de “Orzel” – niet door Koninklijke Maatschappij De Schelde in Vlissingen gebouwd, maar door de RDM. Het ontwerp (gebaseerd op dat van de Nederlandse O-19 klasse) was van de Nederlandsche Verenigde Scheepsbouw Bureaux (NeVeSBu) in ‘s-Gravenhage, in samenwerking met een team van deskundigen van de Poolse Marine. 
De kiellegging vond in november 1936 plaats en op 17 oktober 1938 werd ze te water gelaten. In 1939 werd het schip – dat toen nog niet volledig afgebouwd was – met het oog op de op handen zijnde Duitse aanval op Polen, tijdens een test in de Oslo-fjord, door de Poolse Marine ontvoerd. Nadat het geschil voor de rechter was uitgevochten, betaalde de Poolse regering het schip af en kreeg het de onderdelen die nodig waren voor het afbouwen van de “Sep”. Op 16 april 1939 vond de formele overdracht aan de Poolse Marine plaats. 
Tijdens de Duitse inval in Polen nam de “Sep” deel aan “Plan Worek”. Tijdens het uitvoeren van een patrouille, raakte het schip zwaar beschadigd door een aanval met dieptebommen. Door de opgelopen averij moest een haven gezocht worden voor reparaties, maar gezien de situatie in Polen werd gepoogd uit te wijken naar het Verenigd Koninkrijk. Vanwege de grote schade kon het Verenigd Koninkrijk niet worden bereikt en werd er uitgeweken naar het neutrale Zweden. 
Na de Tweede Wereldoorlog keerde het schip terug naar Polen, waar het tot 15 september 1969 als opleidingsschip dienst deed. 

Citaten: 
– Wikipedia: 
… … The traditional ship prefix in the Polish Navy is “ORP”, an abbreviation of “Okret Rzeczypospolitej Polskiej” that means “Ship of the Republic of Poland”. … … 

Artikelen:
– Tewaterlating en inzegening, Het Schip: 196-S&W.pdf
– Oude bekende kwam boven water, Nieuws van de RDM, juni 1968, blz 5: PB-1968-06.pdf

Bronnen:
– Artikelen hiervoor. 
Stadsarchief Rotterdam 
–  WikipediA
–  Dutch Submarines