Bouwnummer RDM-188, m.s. “Nottingham”, 1935, vrachtschip.
Foto boven: Het vrachtschip m.s. “Nottingham” (1935) van N.V. Internationale Kustvaart Maatschappij te Rotterdam.
Scheepswerf: RDM.
Opdrachtgever: N.V. Internationale Kustvaart Maatschappij (Sg & Coal), Rotterdam.
Tonnage: 394 brt, 492 dwt, 799 twvp.
Hoofdafmetingen: Loa = 49,08 m, Lll = 46,30 m, B = 7,69 m, H = 3,36 m.
Voortstuwing: 4T Werkspoor, 8 cilinders, 500 pk, 400 apk, snelheid 10 kn.
Verdere gegevens: IMO nummer: 5346461, Roepnaam: PGKA.
Historie:
Tewaterlating van de coaster m.s. “Birmingham” (RDM-187) op 30 oktober 1934, nog in datzelfde jaar gevolgd door het zusterschip m.s. “Nottingham” op de werf van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij (RDM). In dienst op 13 december 1934.
De bouw van beide schepen, bestemd voor de N.V. Internationale Kustvaart Maatschappij te Rotterdam, werd bij de RDM beschouwd als “stopwerk” in de hoop op betere tijden in de scheepsbouw. Beide schepen werden afgebouwd in de onderzeebootloods van de werf en werden na overdracht ingezet op de lijn Harlingen – Goole.
Na in januari 1950 bij Goole te zijn omgeslagen (zie de uitspraak van de Raad voor de Scheepvaart over dit ongeluk op Foto 8 hieronder), werd dit schip tegen de verwachting in toch gelicht. De N.V. Scheepswerf en Machinefabriek “Welgelegen” te Harlingen herschiep daarna de “Nottingham” in een keurig modern vaartuig.
Gesloopt in 1976.
Artikelen:
– Opdracht/ Te water gelaten, Het Schip.
– Nieuwe opdrachten, Schip en Werf.
Bronnen:
– Scheepvaartmuseum
– A. Boerema: ‘Coasters, de laatste 50 jaar van de KHV’ (1992).
– Kombuispraat Joop Klaasman.
– Kustvaartforum George Robinson.