Bouwnummer RDM-164, m.s. “Courlis”, 1930, motorjacht.

Foto boven: Het motorjacht m.s. “Courlis” ligt hier te water aan de Prins Hendrikkade op het Noordereiland te Rotterdam.

Scheepswerf: RDM / Gebr. van Grevenstein. 
Opdrachtgever: O. Carlier. 
Tonnage: 32 brt, 75 twvp. 
Hoofdafmetingen: L = 25,70 m, B = 5,00 m, H = 2,70 m. 
Voortstuwing: motor 115 pk, snelheid 11 kn. 
Verdere gegevens: Het Franse woord “Courlis” betekent “Wulp”. 

Historie: 
In de archieven van de RDM staat over bouwnummer 164 vermeld: “Motorjacht Courlis, te bouwen door Gebr. Grevenstein”. De bouw van dit motorjacht werd dus zéér waarschijnlijk door de RDM aan hen uitbesteed. 
Er bestaat nog steeds een in 1926 opgerichtte scheepswerf met ongeveer die naam – Van Grevenstein’s Scheepswerf B.V., opgericht door een aantal broers Van Grevenstein – welke zich toendertijd ter hoogte van het Zuiddiepje in Rotterdam-IJsselmonde bevond. In 1961 is deze scheepswerf verhuisd naar Krimpen aan de Lek in verband met de bouw van de Van Brienenoordbrug. Het bedrijf is sindsdien gelegen aan de Nieuwe Maas, 10 km ten oosten van Rotterdam, achter het eiland De Zaag. Het had in 2011 ongeveer 15 werknemers in dienst en werkte toen samen met diverse onderaannemers en toeleveranciers. Voor de website van deze werf, zie: van Grevenstein Scheepswerf. 
Deze (nu in 2013) 87 jaar oude werf heeft vrijwel zeker rond 1930 dit stalen motorjacht gebouwd en mogelijk hebben ze nog informatie over dit scheepje in hun bedrijfsarchief of foto’s in hun familie-albums. In een e-mail in 2013 reageerde Willem van Nood uit Rotterdam positief op deze tweede (hoopvolle) veronderstelling, zie het citaat in deze hieronder. Dit leverde na zes jaar zoeken twee mooie foto’s van het scheepje op. 
Maar het moet hier toch gezegd worden, het scheepje zelf was zeker geen beauty! Jachtbouw is kennelijk wel een vak apart. 

Noot: 
Waarschijnlijk had de opdrachtgever O. Carlier familiebanden met de oliemaatschappij Compagnie Financière Belge des Pétroles, kortweg Petrofina genoemd. De Antwerpse investeerders – de broers Hector en Fernand Carlier en de toenmalige minister en latere premier Aloys Van de Vyvere – hadden deze oliemaatschappij in 1920 opgericht. Ze haalden hun olie in Roemenië, nadat ze eerst de Duitse rechthebbenden op die olie hadden vergoed. Petrofina was een goede opdrachtgever voor de RDM; ze heeft in die tijd een 10-tal kleinere en grotere tankschepen voor deze oliemaatschappij gebouwd. 
De families Carlier zijn na WO-II nogal in opspraak gekomen door een vermeende economische collaboratie met de Duitse bezetter en gedoe rond erfenissen (inclusief een mogelijk geënceneerde hartaanval of zelfmoord van Hector en vlucht naar Brazilië, waar zijn broer Ferdinand al naar uitgeweken was), zie het Internet in deze. 

Citaten: 
– E-mail, Willem van Nood, Rotterdam, 01-10-2013: 
… … Bij deze een reactie op uw oproep voor een foto van motorjacht “Courlis”, bouwnummer 164. 
Ik ben afgelopen maanden bezig met het archiveren van familiefoto’s waarbij ik ook bijgevoegde foto’s van mijn oom Wessel van Grevenstein tegen kwam. De weinige informatie die ik heb is ondermeer dat mijn oom Wessel voor 1930 tekenaar was (en misschien ook op dat moment nog) bij de RDM en dat de order van fam. Carlier aan de RDM doorgeschoven werd naar het familiebedrijf van Grevenstein. 
Bijgaand twee foto’s: één van de “Courlis” te water aan de Prins Hendrikkade (Noordereiland te Rotterdam) en één van het schip in aanbouw met familie op het achterdek. … …
 

Bronnen:
– Archieven van de RDM. 
– 1902-1952, Een Halve Eeuw “Droogdok”, uitgegeven door de RDM, 23 januari 1952. 
– Rob Koedam, Kortgene. 
– Petrofina: WikipediA 
– Willem van Nood, Rotterdam.