Foto boven: Het vracht-passagiersschip s.s. “Helder” (1920) van de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschappij.

Scheepswerf: RDM. 
Opdrachtgever: N.V. Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschappij, Amsterdam. 
Tonnage: 3629 brt, 2234 nrt, 6203 dwt, 9120 twvp. 
Hoofdafmetingen: L = 113,29 m, B = 15,19 m, H = 6,73 m. 
Voortstuwing: RDM triple-expansie stoommachine, 3 cilinders, 1700 ipk, 1305 apk, proeftochtsnelheid 10,5 kn. 
Verdere gegevens: Roepletters NWJD, in 1933 PEPQ. 
Vrachtschip met passagiersaccommodatie, accommodatie voor 8 passagiers, 72 dekpassagiers en 59 bemanningsleden. 
Shelterdekschip met 4 ruimen, 11 lieren, liercondensor met afzondelijke Duplex-luchtcirculatie en voedingspompen, ijsmachines en koelkamers voor proviand en 2 stroomdynamo’s voor electrische verlichting. 
Stookolieberging in voorpiek, alle dubbele bodemtanks, aparte bunker in machinekamer en 2 ronde settlingtanks. Totaal 962 ton. 

Historie: 
Op 19 augustus 1920 werd de Urker botter “UK 60” door het s.s. “Helder” binnen de pieren van IJmuiden aangevaren, waardoor de botter omsloeg. Hierbij verloor de schipper Albert Bruning het leven. De sleepboot “Simson” wist de dekknecht te redden en de botter de Vissershaven in te slepen. 
In maart 1959 werd het schip voor de sloop verkocht aan Walter Ritscher, Hamburg, Duitsland en arriveerde daar op 16 maart 1959. 

Artikelen: 
– Tewaterlatingen / Nieuwe schepen, Het Schip.
– Het verhaal van het overvaren van de botter “UK 60” in 1920, door Klaas Hoekstra.

Bronnen:
– Artikelen hierboven. 
– Kombuispraat